Arie en Ge gaan op vakantie

Tsjesus Koos,

Hebbie ut al gehoord. Arie en Ge gaan op vakantie.
Omdat het huppelkutje van de woningbouwcorporatie de huurinkomsten gerekend had als nog te ontvangen huur, heeft de corporatie besloten om een soort van financiele leedvergoeding aan de gebroeders Temmes te geven.
De lege koffers is Ge nu aan het vullen met kleding.
Maar wat moet er nou toch mee in de koffer. De corporatie heeft een midweekje Centerparcs in Brabant voor hen geboekt. Tja wat voor weer wordt het?
Dus Ge en Arie zitten in de stress. Ze houden niet van kinderen en hamburgers en met een tropisch zwembad doe je ze ook geen plezier.
''Tjesus Ge, wat moeten we nou? We moeten op vakantie naar Centerparcs? Ik zit eigenlijk nog liever op de Bahnhof. Die zwervers waren tenminste rustig. Ik houd helemaal niet van geschreeuw Ge." "Tsjesus Arie, kunnen we niet gewoon thuis blijven? Lekker gewoon thuis, met zijn tweetjes.'' ''Tja, de corporatie heeft het wel vriendelijk bedoeld. Straks worden ze nog boos omdat we niet willen. Dan vallen we van de regen in de drup en krijgen we misschien wel huurverhoging."
""Wat moeten we nu? En wie geeft Pietje dan te eten. Hij heeft al drie dagen geen voer gekregen. Hij zingt ook al niet meer.''
''Tsjesus Ge, Pietje ligt op de grond in het vogelzand. Hij is dood. Ook dat nog. Onze Pietje dood. Wat moeten we nu. Nou nu ga ik helemaal niet meer naar Centerparcs. Ik ga nu naar de Bahnhof aan Gerrie vragen hoe we een begrafenis moeten regelen. Want ik weet het niet meer."
Al huilend trekken Arie en Ge hun winterjassen aan om de nacht maar weer op de Bahnhof door te brengen bij hun nieuwe vrienden, want ze zijn volledig overstuur.
Hun vrienden weten vast wel hoe ze dit moeten oplossen want Arie en Ge kunnen niet meer helder denken. Daarvoor hebben ze de afgelopen week teveel stress mee gemaakt.